In deze editie van het Blauwe Kamer e-zine aandacht voor het heringerichte Raadhuisplein in Emmen. Het Drentse dorp, dat maar even stad was – in de naoorlogse decennia floreerde de textiel- en kunststofindustrie –, kampt sinds de jaren tachtig onder invloed van economische teruggang en bevolkingskrimp met een minderwaardigheidscomplex. Het heringerichte plein moet Emmen, aldus de bedenkers, van een stedelijke allure voorzien. Kortom, een stadshart van formaat waar ook mensen van buiten op afkomen.
Ooit bezochten mensen Emmen in groten getale – ik doel hier niet op de aanwezigheid van de dierentuin (tegenwoordig ‘Wildlands’ geheten).
In de jaren vijftig en zestig kwamen architectuurliefhebbers uit de hele wereld om te zien hoe de moderne woonwijk van dat moment eruitzag. Ik doel op Angelslo en Emmerhout, ontworpen volgens het concept van de ‘open groene stad’. Ik bezocht beide buurten pasgeleden en herkende direct, ondanks de verloedering hier en daar en ondanks enkele fikse vernieuwingsslagen, de consistente vertaling van de CIAM-principes licht, lucht en ruimte. De wijkgedachte is nog steeds overal voelbaar, door het hiërarchische stratenpatroon, de woonerven, de ruime groenstroken en het kruip-door-sluip-doornetwerk van fiets- en wandelpaden.
De man die dit alles ontwierp en Emmen voor even op de wereldkaart zette, was stedenbouwkundige Niek de Boer. Hij overleed begin dit jaar en na mijn bezoek vroeg ik me af wat hij van het splinternieuwe Raadhuisplein zou hebben gevonden. Vermoedelijk had hij gegruweld van de architectonische poespas en de sterke vormwil. Het kekke lichtplan zou aan hem niet besteed zijn, net als het gepronk met natuurstenen bestrating, slingerende plantenborders en hippe banken.
Maar op stedenbouwkundig niveau had hij de transformatie vast en zeker toegejuicht. De drukke stadsweg die het plein doorsneed en het gehate parkeerterrein zijn ondergronds gebracht. In plaats daarvan is een verblijfsplek gemaakt die met name bij kinderen goed in de smaak valt. Dat zou de man die in Angelslo en Emmerhout de auto beteugelde en het kind centraal stelde – ‘van de voordeur via het groen naar school’ – waarschijnlijk alleen maar hebben gewaardeerd.
Mark Hendriks, hoofdredacteur
Weinig mensen weten dat vorig jaar zomer in Emmen het splinternieuwe Raadhuisplein is geopend, een plein van 26.000 vierkante meter in het hart van de Drentse stad. Het
ontwerp is van de Duitse landschapsarchitect Peter Latz. Hij won vorige maand de Sir Geoffrey Jellicoe Award, de oeuvreprijs van de internationale federatie van landschapsarchitecten IFLA. Het
gebrek aan aandacht voor het project is vreemd, want de ingreep is radicaal. Het plein was een parkeerplaats, geflankeerd door een drukke stadsweg en doorsneden door een traverse richting de
toenmalige locatie van het Noorderdierenpark.
Met de overkluizing van de weg, de sloop van de traverse en de bouw van een ondergrondse parkeergarage kwam er ruimte voor een wat Latz ‘parkscape’ noemt. In het ontwerp combineert hij stedelijke
elementen – natuurstenen bestrating, moderne armaturen, strak meubilair – met landschappelijke onderdelen als boomgroepen, waterelementen en plantenborders. De compositie van Latz is
spectaculair. De overdaad aan objecten, de strak vormgegeven beplanting en het stedelijke verlichtingsplan wordt door sommigen als on-Emmens gezien. Tegelijkertijd is het plein een welkome
trekpleister voor een stad die worstelt met bevolkingskrimp en leegstand.
Project herinrichting Raadhuisplein
Locatie Emmen
Ontwerper Latz + Partner
Aannemer Hemmen Aanneming Wegenbouw; Hoornstra Aannemingsmaatschappij
Opdrachtgever gemeente Emmen
Ontwerp 2013 – 2104
Uitvoering 2014 – 2015
Foto's Theo Berends Photography. De bovenkant van de kaart is het westen.
MBO-OPLEIDING ‘GROENE STAD’
‘Onze opleiding voorziet in een lacune. Voor het groen en leefbaar maken van de stad zijn er op hbo- en universitair niveau al de nodige opleidingen. De kennis op het gebied van ontwerp, planning en beleid, die is er wel. Wat ontbreekt zijn mensen die begrijpen hoe we die groenontwerpen kunnen aanleggen en beheren.’ Dat zegt Debora Treep, die samen met landschaps-architecten van bureaus als DS, 1:1 Stadslandschappen en Atelier Groenblauw schrijven aan het opleidingsplan van de nieuwe mbo-opleiding Urban Green Development. De opleiding is onderdeel van de Amsterdamse vestiging van Wellantcolllege en er is een nauwe samenwerking met Maike van Stiphout van de Academie van Bouwkunst.
Debora Treep: ‘In de nieuwe opleiding staat niet alleen het ontwerp centraal, maar ook ecologie en economie. Het doel is mensen op te leiden die de transitie die de stad moet maken op het gebied van klimaat, water en energie, aan kunnen pakken. Of die na hun opleiding alsnog doorstromen naar hbo of universiteit, naar opleidingen waar ze behoefte hebben aan studenten die hun kennis niet alleen uit boeken hebben, maar ook uit de praktijk.’
Bert Bukman
WINNENDE BOUWER VOOR HAAGS JULIANAPLEIN
Den Haag is sinds tien jaar bezig met de herinrichting van de omgeving van het Centraal Station. Sluitstuk is de her-inrichting van de Koningin Julianaplein voor het station. Hier komen een ondergrondse fietsenstalling en een 90 meter hoog gebouw en op het vergroende plein zelf een paviljoen.
Ontwikkelaar Synchroon en architecten-bureau Powerhouse Company hebben het winnende plan gemaakt. In het gebouw komen 350 woningen – de helft huur en daarvan vijftig sociale huur – een 2000 vierkante meter groot congrescentrum, winkels en horeca. De inzenders op de tender konden extra punten winnen als zij sociale woningbouw in hun plan opnamen.
Het gebouw wordt naar verwachting begin 2019 opgeleverd
Bron: denhaag.nl
HARD OORDEEL CULTUURRAAD OVER HET NIEUWE INSTITUUT
De Raad voor Cultuur adviseert om de rijkssubsidie van Het Nieuwe Instituut te beëindigen. Het instituut raakte vorig jaar verstrikt in een interne crisis. In de meeste gevallen volgt het kabinet de aanbevelingen van de raad.
Het Nieuwe Instituut – ‘voor architectuur, design en digitale cultuur’, opvolger van onder meer het Nederlands Architectuur-instituut – kwam vorig jaar in de publiciteit door de vermeende belangenverstrenge-ling van directeur Guus Beumer. De raad constateert een gebrek aan reflectie en maakt zich ‘ernstige zorgen over de governance en het bestuur’. Daarnaast vindt de raad Het Nieuwe Instituut onzichtbaar in het vakdebat en niet in staat voldoende bezoekers te trekken.
De gevraagde subsidie bedraagt vijf miljoen euro. Het instituut voorziet overigens een forse stijging van de eigen inkomsten, onder meer van sponsorbijdragen (van 20.000 naar 450.000 euro). De raad kwalificeert deze toename als ‘spectaculair’ en niet onderbouwd. Het Nieuwe Instituut krijgt van de raad nog de kans zijn aanvraag te verbeteren.
ONTWERPWEDSTRIJD
VOOR AMERSFOORTS BELGENMONUMENT
Op de Amersfoortse berg ligt het grootste monument van Nederland. Dit zogeheten Belgenmonument – uit 1917-1919 van de Vlaamse architect Huib Hoste (1881–1957) – herinnert aan de 20.000 gevluchte Belgische militairen en hun families die hier in de Eerste Wereldoorlog zijn opgevangen. Het monument is echter is even onbekend als verwaarloosd. Om hierin verandering te brengen organiseert het Amersfoortse architectuur- en stedenbouwcentrum FASadE ter gelegenheid van het honderd-jarig bestaan van het monument een ontwerpwedstrijd. Doel is om met een paviljoen, folly, ander ruimtelijk object of land art te voorkomen dat het monument na de momenteel uitgevoerde restauratie weer aan de vergetelheid ten prooi valt. De toevoeging moet het verhaal achter het monument vertellen en de plek aantrekkelijk maken voor bezoekers. De organisatie van de wedstrijd zal zich inzetten voor het uitvoeren van het winnende ontwerp. De winnaar ontvangt daarnaast 2500 euro.
De wedstrijd staat open voor architecten, landschapsarchitecten, ontwerpers en kunstenaars uit Nederland en Vlaanderen. Insturen uiterlijk 1 september. Klik hier voor het reglement.
KORT
De Internationale Architectuur-biennale Rotterdam (IABR) is in volle gang. Nog te bezoeken tot en met 10 juli. Lees ook het interview met curator Maarten Hajer dat Blauwe Kamer eind vorig jaar met hem hield.
De Eo Wijers-stichting organiseert op 3 juni een bijeenkomst over de toekomst van het regionaal ontwerp.
Het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie selecteerde negen ontwerpvoorstellen voor deelname aan de Architectuurbiënnale in Venetië.
VAN DE BNSP
De BNSP ontwikkelde met de NVTL en de Stichting Professional Experience Programme (PEP) een traineeship die jonge ontwerpers voorbereidt op de beroepspraktijk.
De volgende ‘Omgevingstournee’ gaat over omgevingsveiligheid. Casus is de Wagenwerkplaats in Amersfoort.
VAN DE NVTL
De NVTL organiseert met de Werk-gemeenschap Landschapsonderzoek (WLO) een symposium over de rol van landschapsplanning bij het oplossen van vraagstukken als klimaat-verandering, voedselonzekerheid en migratie.
Op 27 juni vindt een masterclass plaats over de rol van verlichting in de ontwerpopdracht.
Foto Nadine van den Berg
Een nieuw platform biedt wandelaars op de Sint Pietersberg een fenomenaal uitzicht op de ENCI-groeve bij Maastricht. Daarnaast kunnen zij medio dit jaar via een 40 meter hoge trap afdalen in de groeve waar sinds 100 jaar mergel wordt gewonnen. De trap maakt de groeve publiek toegankelijk en daarmee wordt een historische route tussen Maastricht en Luik hersteld. In 2018 stopt de mergelwinning en wordt de groeve een natuurgebied in beheer van Natuurmonumenten.
Het ontwerp is van het bureau Rademacher de Vries Architects. De ontwerpers maakten gebruik van landschappelijke elementen. Op het plateau van de Sint Pietersberg leidt een betonnen muur bezoekers door het bos naar het uitkijkpunt dat deels over de groeve helt. Wie de trap neemt, de ‘verborgen vallei’ in en rakelings langs de zandstenen kliffen, ziet miljoenen jaren aan geologische geschiedenis. De film gaat niet alleen over de bouw van het platform en de trap – de opnames vanuit de lucht tonen ook de magistrale ligging en adembenemende vergezichten.
Project uitkijkplatform en trap bij mergelgroeve
Locatie Maastricht
Ontwerper Rademacher de Vries Architects
Aannemer Wim Knols Bouwmaatschappij
Opdrachtgever Stichting Ontwikkelingsmaatschappij ENCI-gebied
Ontwerp 2014
Uitvoering 2015
Vorige week trok ik door het Groningse Hoogeland. De leegte van het landschap wordt er sporadisch onderbroken door dorpjes die tussen boompartijen schuilen voor de wind. Dorpjes waarvan de fysieke ontwikkeling lijkt gestopt in 1950 en waar je volop kleine huisjes aantreft. Zoals het dorp Kleine Huisjes.
Ooit zijn mijn grootouders door een textielfabrikant uit zo'n Gronings huisje geplukt en met de belofte van werk en een groter huis naar het verre Enschede verscheept. Zouden zij nu jong zijn geweest, dan zouden ze het tegenovergestelde hebben gedaan. Want er is maar één ding dat millennials liever schijnen te willen dan gratis wifi, en dat is klein wonen.
Of het nu in micro-appartementen is of in zelfvoorzienende tiny houses – overal wordt de romantiek van de beperking voorgespiegeld. De nieuwe stedeling heeft immers geen eigen ruimte nodig, die ziet de stad als zijn huiskamer en de wasserette als zijn kerk. Dat wordt hem in ieder geval verteld.
Zelf heb ik in Amsterdam ook een aantal jaren in zo'n klein huisje gewoond. Met twee personen in een micro-appartement van twintig vierkante meter. Ik kan daarom volmondig beamen dat klein wonen ook in mij allerlei romantische verlangens aanwakkert. Al was dat vooral naar groter wonen.
Gebruik het gele poppetje voor streetview.
Project ontwerp oevers op landaanwinning
Locatie Hongkong
Ontwerper Atkins Global
Opdrachtgever Civil Engineering and Development Department, HKSAR
Ontwerp 2010 – 2013
Realisatie 2013 – 2014
Vanwege een achttien hectare grote landaanwinning in de haven van Hongkong – bedoeld om via een ondergrondse stadsweg het drukke stadscentrum te ontlasten – ontstond een kilometerslange nieuwe oever. De inrichting hiervoor is ontworpen door het internationale ingenieursbureau Atkins Global, waar onder andere de Vlaamse landschapsarchitect Christian Dierckxens werkzaam is die de kade ontwierp.
De langgerekte kade langs het water – waarin een zeewering is opgenomen – bestaat uit een promenade die langs uitzichtpunten, verblijfsplekken en evenementenpleinen loopt. Aan de landszijde liggen haaks op deze promenade grote gazons, die de hoogbouw landinwaarts verbinden met het water. Her en der zijn aanlegsteigers gemaakt voor de pleziervaart. Laanbeplanting met onder meer de Chinese vernisboom geeft de immense promenade structuur. Heesters en bomen zorgen voor kleur en afwisseling in het straatbeeld.
‘Het is geen film, en ook geen boek’, verontschuldigt architect Elisabeth Boersma zich, ‘maar voor deze rubriek zou ik iedereen willen adviseren om eens een dag naar het platteland te gaan.’ Het platteland? Ja, het platteland, want daar gebeurt volgens Boersma – ooit betrokken bij de voor de Gouden Piramide genomineerde opknapbeurt van de laatste Bijlmerflat – veel meer dan we ons beseffen. ‘In de stad denken we dat het platteland een verzamelplaats is van problemen, zoals krimp, leegstand en stoppende boeren. Maar juist op het platteland worden de meest innovatieve oplossingen voor actuele vraagstukken bedacht.’
Boersma doelt op dorpelingen die gezamenlijk investeren in een windturbine, op bewoners die zelf een woningcorporatie oprichten om de vastgelopen woningmarkt te reguleren, op dorpen waar bewoners woningen beschikbaar stellen voor de huisvesting van statushouders. Op het platteland is de urgentie om iets aan je leefomgeving te doen veel groter, vertelt Boersma. ‘Als daar een pand leegstaat, heeft dat meteen invloed op de gemeenschap. Daardoor zijn ze in dorpen zo goed in het bedenken van inventieve maatregelen. Daar kunnen stedelingen nog wat van leren.’
Op de valreep toch nog een leestip. Enkele weken geleden verscheen over de innovatiekracht van het platteland een artikel van Daphne Koenders en Sjors de Vries op het blog Ruimtevolk. ‘Verplicht leesvoer voor onderweg’, aldus Boersma.
Het filmpje hieronder gaat over een van Boersma’s favoriete projecten. In het Friese Makkum verbouwen bewoners samen groente en fruit. De tuin versterkt het gemeenschapsgevoel niet alleen doordat het gezamenlijk tuinieren maar ook doordat het een fijne plek is om buiten te zijn.
Nog geen abonnee, maar wel benieuwd naar de volgende editie?
Kijk hier voor onze abonnementen en aanbiedingen.
Mocht u als Blauwe Kamerabonnee het e-zine niet in uw e-mail ontvangen
dan beschikken wij mogelijk niet over uw juiste e-mailadres.
U kunt uw e-mailadres hier doorgeven.